Heimwee naar het Stedelijk Museum

Door Reinjan Mulder
Het was een vreemde sensatie dit jaar terug te zijn in Venetië. Niet dat ik er de laatste jaren niet vaker ben geweest. nog in 2008 overlegde ik er met Arnon Grunberg en Oscar van Gelderen op een dakterras over de eerste versie van Grunberg’s roman Onze oom (zojuist genomineerd voor de AKO literatuurprijs, van harte, Arnon). En datzelfde jaar roeide ik mee in de Voga Longa, een 31 kilometer lange toertocht door de Lagune met kano’s, gondels en roeiboten, en verbleef ik een paar dagen in een negentiende eeuwse villa op het lommerrijke Lido.
Nee, ineens wist ik het. Het was de sensatie weer in aanraking te zijn met wat ik nu maar ‘actuele kunst’ noem, die me zo raakte. Het was veel langer geleden, dat ik die zoete, vreemde opwinding had gehad. Ik besefte dat ik na zoveel jaar weer even het ‘Stedelijk Museum Gevoel’ terug had.
Hoe lang was het niet geleden dat ik aan de Paulus Potterstraat de trap opliep en plotseling verzeild raakte in iets wat ik nooit had gezien. Immense doeken van Susan Rothenberg, half naïeve schilderijen van Jean Dubuffet, de betoverend vale kleuren van Brice Marden. Namen waarvan je nog nooit had gehoord, maar die je, meteen nadat je ze geoord had, diep verbonden met het besef een nieuwe wereld te zijn binnengegaan.

Biennale Venetië: dat vreemde, zoete gevoel

Biennale Venetië: dat vreemde, zoete gevoel

 

Wat was er toch gebeurd met dat Stedelijk?  Ja, we weten het, het gebouw was wat oud geworden, en het was nodig aan een onderhoudsbeurt toe. Maar dat was de reden niet dat ik dat gevoel, het Stedelijk Museum Gevoel, deze zomer bijna volledig vergeten was. Het Biennale-terrein is al honderd jaar aan een onderhoudsbeurt toe.
Het moet de leiding van het Stedelijk zijn geweest, en de stad Amsterdam met zijn stenen gooiende wethouders, die niet meer in staat waren geweest om een vruchtbare verbinding te leggen met wat er elders in de wereld aan interessante kunst werd gemaakt. Waarom anders trok het Stedelijk al zolang geen horden bezoekers meer die met een stille sensatie door de gangen liepen, of zich terugtrokken in de fameuze bibliotheek om curieuze boeken en blaadjes te lezen over obscure kunstenaars en verre tentoonstellingen.
Met huiver dacht ik terug aan mijn laatste bezoek aan de bibliotheek, een jaar of tien geleden. Ik had een merkwaardig schilderij van Henri Hayden gekocht, Meisje met kat, in een stijl die wel wat aan Renoir deed denken, en ik wilde weten wanneer en waarom het geschilderd was, en ook: wie er op stond. Was het uit de jaren veertig, toen Samuel Beckett in de Vaucluse dagelijks bij Hayden over de vloer kwam, voor een potje schaak, en was het mevrouw Beckett, met haar poes, of was het uit de jaren dertig, en was de vrouw met de kat misschien Sonja Delaunay? Haar vrolijk geblokte katoenen jurk zou daar op kunnen wijzen. Of was het uit Hayden’s academietijd in Warschau, en was de jonge vrouw op het schilderij zijn zuster.
Het museum werd nog lang niet verbouwd, maar ik bleek al een uur door weer en wind te moeten fietsen, tot ik ergens in het westelijk havengebied, halverwege Halfweg, in een soort bunker terechtkwam waar alle boeken die eens uitnodigend boven mijn hoofd hadden gestaan, boven die prachtige restauratieruimte aan het Museumplein, in duistere, onzichtbare richels waren weggestopt.
Weg Stedelijk Museum Gevoel. De boeken die ik zocht, waren er nog steeds, mijn doek bleek uit de jaren dertig, maar ik moest ze na een half uurtje wachten in een eenzaam, kaal hoekje bekijken.
Op de Biennale in Venetië had ik het Stedelijk Museum Gevoel voor het eerst na zoveel jaar weer terug. Honderden onbekende bezoekers dwalen er, net als jij, tussen de zuilen en vervallen muren van de Giardini en het Arsenale door (hoe zo, nieuwbouw?) en kijken je aan met een blik die nog het meest herkenning verraadt. Wat een manifestatie! Je kunt er dagen lang terugkeren, en nooit ben je uitgekeken, steeds weer heb je het gevoel iets nieuws mee te maken.
Wat heeft Venetië toch, dat Amsterdam zo lang heeft moeten missen? Geld, goodwill, de juiste mensen?
Ik zie eerlijk gezegd al weer met angst en beven naar de heropening van het Stedelijk uit. In de tijd die Amsterdam kennelijk nodig heeft om een vrij klein museum alleen maar te verbouwen, zijn er in Venetië al drie of vier gigantische Biennales geweest.

Geef een reactie