Van oerwoud naar stoppelveld – Objectief Neerijnen 5

P1010132

Reinjan Mulder: Bos in de Rijswaard, Neerijnen. Zuidwaarts. 28 augustus 2014

 
Door Reinjan Mulder

Het Nederlandse oerwoud bestaat. Gisteren ben ik er geweest, het ligt in de gemeente Neerijnen (Gld.), 400 meter van een druk bereden NS-spoorlijn en nog geen kilometer van de Martinus Nijhoff-brug.
Mijn bezoek vond plaats in het kader van mijn project ‘Objectief Neerijnen’, een opdracht van het Geldersch Landschap. Voor dat project fotografeer ik 25 plekken in de gemeente Neerijnen die ik niet heb uitgezocht op grond van hun schoonheid, hun biologisch of architectonisch belang of hun bereikbaarheid, maar alleen op grond van hun coördinaten. Over de landerijen van de Stichting Geldersch Landschap en Kasteelen (GLK) in de buurt heb ik een denkbeeldig raster gelegd met tussenafstanden van 500 meter en op de 25 kruispunten van dat raster neem ik dit jaar 100 foto’s. Wanneer je al die foto’s bij elkaar ziet, zo is het idee, krijg je een ‘doorsnee’ van het Betuwse land in deze omgeving, een ‘objectief beeld’ van Neerijnen.
Op 20 september zal moeten blijken of dat ook zo is. Vanaf die dag is het resultaat van het project, een reeks kleurenfoto’s op A3 formaat, in kunstcentrum Het Stroomhuis in Neerijnen te zien, en dan weten we pas echt hoe het er daar ‘objectief’ uitziet.
Maar zover is het nog niet. Ik ben nog druk bezig met fotograferen. Gisteren stond er bijvoorbeeld nog een vriendelijk groen vlekje op de stafkaart waar ik heen moest. Dat vlekje bleek in werkelijkheid wat minder vriendelijk te zijn dan het leek. Het stond voor een klein maar vrijwel ondoordringbaar stukje verlaten en verwaarloosd… ja, wat was het eigenlijk, laten we het maar een bos noemen. Al komt ‘oerwoud’ misschien dichter in de buurt.
Ik wist niet dat zoiets nog voorkomt in Nederland.

Kees

Kees

Toen ik voor het eerst langs het bosje liep, in juni van dit jaar, had ik vanuit de verte wel wat omgevallen bomen tegen elkaar aan zien staan, met veel brandnetels ertussen van soms twee meter hoog, en ik had al gezien hoe het vele dode hout bedekt was met dikke lagen mos en spinnenwebben.
Ik had dit onmogelijke punt toen ook snel willen bezoeken, in juli. Maar een wilde snorscooter op een Amsterdams fietspad had er voor gezorgd dat ik de dag voor ik erheen zou gaan met een paar kuitbeen- en enkelbreuken in het Onze Lieve Vrouwengasthuis belandde. Van de chirurg moest ik eerst maar eens zes weken met mijn been in het gips, voordat ik mijn foto-expeditie naar de binnenlanden van Neerijnen kon voortzetten.

Maar gisteren was het gips er af en kreeg ik, nog wat slap in mijn enkels, bij mijn nieuwe opnames gelukkig assistentie van mijn goede roeivriend Kees. Kees staat in ons Willem III-team bekend als onze handigste en sterkste roeier – in krap anderhalf uur roeit hij heen en terug naar Nes, en bovendien beschikt hij over een overjarige commandowagen van de Franse Ardennenbrandweer, met allerhande nuttige hulpstukken als ladders, bijlen, scheppen, zwaailichten en sirenes aan boord. Met hem en zijn brandweerauto moest ik de expeditie, ondanks mijn krukken, wel aankunnen.

Wandelaars in Neerijnen bekijken de brandweerauto

Wandelaars in Neerijnen bekijken de brandweerauto

Dat klopte. Eerst bezochten Kees en ik rond een uur of tien een relatief makkelijk gelegen opnameplek in de Rijswaard, niet ver van de Waal, waar het in juni nog zo weelderige groene gras nu dor en geel begon te worden. Een paar wandelaars die we na het fotograferen tegenkwamen, wezen ons er tevergeefs op dat verderop een paar ooievaars te zien waren.
Maar daarna moest het Betuwse oerwoud eraan geloven.
Als ik er alleen al aan dacht, voelde ik mijn enkels pijn doen…
In een eerst, omtrekkende beweging hadden we al gezien dat het hele bos omringd werd door een behoorlijk diepe sloot, met zwart, stinkend water, waar ik met mijn krukken nooit ongeschonden overheen zou komen, en ik wilde al mijn zwembroek en sandalen te voorschijn gaan halen toen Kees vlak achter het schrikdraad van een aanpalende weide een scheefgegroeide knotwilg ontdekte, die vanuit het woeste bos onvoorstelbaar ver over de sloot heen hing.

Kees vindt een doorgang

Kees vindt een doorgang

Vraag me niet hoe kan, maar onder de sceptische blikken van een witte koe en een jonge stier in de wei lukte het me ten slotte om via die scheefstaande wilg – en via de sterke armen van Kees – op mijn beide krukken in het schier ondoordringbare bos te belanden.
En toen had ik nog slechts een paar meter schuin naar rechts door de hoge brandnetels te schuifelen,  voordat ik op mijn zorgvuldig geselecteerde punt aankwam, midden tussen de afbrokkelende en wegstervende boom- en plantenresten.
Van de fraaie molen van Waardenburg die ik van hieraf had hopen te zien, was inmiddels door de hoge brandnetelhagen niets meer overgebleven. Maar in plaats daarvan kreeg ik wel een ander, en zeker zo romantisch beeld voor de lens. Groen, groen, groen, letterlijk alle tinten groen. Ooit was ik in het Mexicaanse Palenque geweest en een paar jaar geleden nog had ik in de Andes een tropisch regenwoud bezocht,  maar dat was niets vergeleken bij wat ik nu in Neerijnen zag…
De laatste twee punten van de vijfde opnamedag konden daarna alleen nog maar tegenvallen. Eerst drongen we via een modderig pad door in De Vergt, een grote laagstam boomgaard westelijk van de rotonde in de Rijksstraatweg, waar we tussen lange rijen appel- en perenbomen uitkwamen. Helaas waren de peren op ons punt al geplukt, zodat ik slechts lange rijen miezerige boompjes zonder vrucht in beeld kreeg.

Reinjan Mulder: Hooge Tieflaar. Noordwaarts. 28 augustus 2014

Reinjan Mulder: Hooge Tieflaar. Noordwaarts. 28 augustus 2014

Daarna moesten we achter op een groot, recent gemaaid korenveld op de Hooge Tieflaar zijn. Eindeloze rijen stoppels waar je maar keek, met alleen ver aan de horizon een paar verloren boompartijen en een klein stukje schuur of boerderij.
Van het ene uiterste waren we in korte tijd in het andere beland. Maar juist in die uitersten verbergt zich de kern.

Wordt vervolgd

Objectief Neerijnen’ is samen met andere werken die in het kader van het project ‘Vereeuwigd Landschap’ zijn gemaakt, van 20 september tot 16 oktober in het Stroomhuis in Neerijnen te zien. Klik hier voor het adres en de exacte openingstijden.
Klik hier voor een film van Valerie Granberg over het project.  

Een beschrijving van het project ‘Objectief Beeld van Nederland’ uit 1974 dat model heeft gestaan voor ‘Objectief Neerijnen’ en dat zich nu in het Rijksmuseum bevindt, vindt u hier.         

       

Geef een reactie